U kunt blokeigenschappen bij symbolen en projecten voordefiniëren.
Wanneer u aan een functie een "Blokeigenschap [n]" toewijst en er noch bij de functie noch bij het symbool een formaat is ingevoerd, wordt de formaateigenschap gebruikt die voor deze functiecategorie bij het project is ingevoerd.
Geeft u bij de functie een formaat op, dan wordt dit formaat gebruikt.
Voordefinitie bij het symbool
Bij symbolen is de geïndexeerde eigenschap Blokeigenschap: Formaat [n] beschikbaar. Hier kunt u een formaat voordefiniëren, dat wordt gebruikt als u het symbool in het project invoegt.
Wanneer u aan een functie een Blokeigenschap [n] toewijst terwijl er bij deze functie geen formaat is ingevoerd, wordt er aan de hand van het symbool gecontroleerd of in de eigenschap Blokeigenschap: Formaat [n] met de betreffende index een formaat is ingevoerd. Als dat zo is, wordt dit formaat gebruikt.
Wanneer u bij de functie een formaat opgeeft, wordt dit formaat gebruikt in plaats van het formaat dat bij het symbool is ingesteld.
Voordefinitie bij het project
Voor projecten zijn geïndexeerde formaten voor blokeigenschappen beschikbaar. Voor verschillende functiecategorieën is er steeds een (geïndexeerde) formaateigenschap, bijv. Blokeigenschap: Formaat (afbreekpunt), Blokeigenschap: Formaat (klem), Blokeigenschap: Formaat (PLT-systeem) etc.
Voordefinitie van vervangingsteksten
In de projecteigenschap Blokeigenschap: Vervangingstekst kunt u (via de index) tot maximaal tien tabellen voor vervangingsteksten definiëren. Deze tabellen kunnen worden gebruikt om waarden van blokeigenschappen te vervangen: bij de bewerking van blokeigenschappen kunt u in het dialoogvenster Formaat: Blokeigenschap voor een eigenschap de te gebruiken tabel met vervangingsteksten selecteren. De waarden van de geselecteerde eigenschap worden dan vergeleken met de in de tabel gedefinieerde teksten en dienovereenkomstig vervangen.
Voor formulieren kunt u aanvullend in de formuliereigenschap Eigenschappen geformatteerd: Vervangingstekst (via de index) tot maximaal tien tabellen voor vervangingsteksten definiëren. Deze tabellen kunnen worden gebruikt om bij de verwerking van formulieren die tijdelijke aanduiding-teksten met geformatteerde eigenschappen bevatten, de waarden van deze eigenschappen te vervangen: bij de bewerking van tijdelijke aanduiding-teksten kunt u in het dialoogvenster Formaat: Blokeigenschap voor een eigenschap de te gebruiken tabel met vervangingsteksten selecteren. De waarden van de geselecteerde eigenschap worden dan vergeleken met de in de tabel gedefinieerde teksten en dienovereenkomstig vervangen.
Bij de verwerking van formulieren worden de tabellen die in deze formuliereigenschap zijn gedefinieerd met voorrang gebruikt. Als de geselecteerde tabel niet in de formuliereigenschap is gedefinieerd, wordt in plaats hiervan de gelijknamige tabel uit de projecteigenschap Blokeigenschap: Vervangingstekst gebruikt.
Zie ook