In een macrobestand kunnen macro's – naar gelang het venster-, symbool-, pagina- of 3D-macro's zijn – in verschillende weergavetypen en per weergavetype in meerdere varianten worden opgeslagen. Om macro's in een macroproject overzichtelijk weer te geven en te beheren, kunt u gebruik maken van de macro-navigator. In de boomstructuur van deze navigator worden de macro's in een hiërarchische structuur weergegeven. Onder een knooppunt voor een macro worden de weergavetypen en varianten aangegeven.
- In een macroproject worden voor een voorbereide macro alle weergavetypen en varianten weergegeven die later bij het genereren in een macrobestand worden opgeslagen. Dit geldt voor alle macrotypen.
- In een schemaproject worden alleen de ingevoegde weergavetypen en varianten van een venster- en symboolmacro weergegeven en niet alle varianten die in een macrobestand voorkomen.
Wanneer u in de macro-navigator een macro selecteert, wordt de bijbehorende pagina / layoutruimte van het macroproject in het grafisch voorbeeld weergegeven.
Het volgende is mogelijk:
- Via het snelmenu kunt u de eigenschappen van de macro's bekijken en bewerken. Daarbij wordt het desbetreffende eigenschappendialoogvenster geopend (bijvoorbeeld voor een venstermacro het eigenschappendialoogvenster van een macrovak).
- Met de snelmenuopdracht Ga naar (tekening) springt u naar de grafische editor of naar een layoutruimte, waarin u bijvoorbeeld het betreffende schemagedeelte of de betreffende 3D-objecten kunt bewerken.
- Via filters kan de weergave van de macro's worden beperkt tot die macro's die aan bepaalde filtercriteria voldoen. Zo kunt u bijvoorbeeld alleen macro's met een bepaald weergavetype laten weergeven en vervolgens automatisch genereren.
- U kunt de geselecteerde objecten voor macro's in de grafische editor / layoutruimte en die in macro-navigator synchroniseren.
- In een macroproject kunt u uit de voorbereide macro's die in de macro-navigator worden weergegeven, automatisch macro's genereren.
- U kunt de macro-navigator in schemaprojecten gebruiken om met behulp van de snelmenuopdracht Macro's actualiseren meerdere in een project voorkomende macro's met gegevens uit de bijbehorende macrobestanden te actualiseren.
Tijdelijke aanduiding-objecten in de macro-navigator
In de boomweergave van de macro-navigator worden de in een macro voorkomende tijdelijke aanduiding-objecten onder het hiërarchieniveau van de betreffende macrovariant weergegeven (pictogram ). Een meervoudige selectie van tijdelijke aanduiding-objecten is mogelijk, een blokbewerking alleen onder bepaalde voorwaarden. Voor de tijdelijke aanduiding-objecten kunnen via het snelmenu waardensets worden geselecteerd en de eigenschappen ervan worden bewerkt.
Zie ook
Macro's automatisch uit macroprojecten genereren