Deze functionaliteit is alleen in bepaalde modulepakketten beschikbaar. Info / Copyright

Tabblad Instellingen

Op dit tabblad worden instellingen voor het macrovak weergegeven. In een macroproject definieert u hier - afhankelijk van het op het tabblad Macrovak gedefinieerde toepassingstype - verschillende instellingen die bij het invoegen van de gegenereerde macro worden gebruikt. In een schemaproject kunt u alleen instellingen voor de handle aanbrengen

Overzicht van de belangrijkste dialoogvensterelementen:

Bij het invoegen beveiligde groep genereren:

Schakel dit selectievakje in wanneer bij het invoegen van de macro een beveiligde groep moet worden gegenereerd. Een dergelijke groepering biedt een grafische beveiliging, d.w.z. dat de eigenschappen van de macrocomponenten kunnen worden bewerkt maar dat de macro zelf niet grafisch wordt gewijzigd of wordt uitgesplitst.

Macrovak ook invoegen:

Met behulp van deze vervolgkeuzelijst definieert u of bij het invoegen van de gegenereerde macro het macrovak ook moet worden ingevoegd. De instelling wordt ook gebruikt bij het invoegen van een apparaat, wanneer voor dit apparaat een macro is opgeslagen.

Als in dit veld de invoer "Uit projectinstellingen" is geselecteerd, wordt de projectoverkoepelende instelling Macrovakken ook invoegen gebruikt.

Aansluitcodes gebruiken:

Met behulp van deze vervolgkeuzelijst definieert u of bij de apparaattoekenning behalve de functiedefinities van de functies ook de aansluitcodes identiek moeten zijn. Hierdoor worden bijvoorbeeld bij het plaatsen van complexe apparaten de passende functies uit de opgeslagen macro toegekend.

Deze instelling wordt ook bij het actualiseren van macro's gebruikt. Als hier de waarde "Ja" is ingesteld, dan worden bij het actualiseren de aansluitcodes uit de macrobestanden aan de ingevoegde macro's in het schema overgedragen. Als de waarde "Nee" is ingesteld, blijven bij het actualiseren de aansluitcodes van de macro's in het schema behouden.

Als in dit veld de invoer "Uit gebruikersinstellingen" is geselecteerd, wordt de gebruikerspecifieke instelling Bij de apparaattoekenning rekening houden met de aansluitcodes gebruikt.

Opmerking:

De instelling Alleen de ODC behouden voor het actualiseren van macro's heeft voorrang op de instellingen voor het gebruiken van aansluitcodes. Als deze instelling voor het actualiseren is geactiveerd, dan worden - ook wanneer de instelling Aansluitcodes gebruiken op de waarde "Nee" is ingesteld - alle aansluitcodes alsmede alle andere logische gegevens met uitzondering van de ODC uit het macrobestand aan de functies van de macro in het schema overgedragen.


Groepsveld Handle

De handle is het punt waar de cursor bij het invoegen van de macro "aangrijpt". Normaal gesproken hangt de macro "linksboven" aan het eerste invoegpunt.

Actief:

Is dit selectievakje ingeschakeld, dan wordt de standaard positie van de handle weergegeven en kunt u deze veranderen. Daartoe worden de velden X- en Y-positie vrijgeschakeld en kunt u deze standaardwaarden overschrijven. Nadat u het dialoogvenster met [OK] hebt afgesloten, wordt de positie van de handle op de pagina met behulp van een speciaal grafisch symbool aangeduid.

Is het selectievakje uitgeschakeld, dan is in de velden X- en Y-positie geen invoer mogelijk en wordt de handle ook niet meer weergegeven. Bij opnieuw inschakelen van het selectievakje wordt de handle weer op zijn standaard positie terug geplaatst.

X-positie / Y-positie:

Als het selectievakje Actief is ingeschakeld, worden hier eerst de standaardwaarden voor de positie van de handle weergegeven. Deze waarden kunnen door u worden bewerkt.

Zie ook