Standaard wordt de volgorde waarin de schemasymbolen in EPLAN worden verbonden direct bij het tekenen van de verbindingen gedefinieerd. Dit gebeurt via de selectie van het passende verbindingssymbool, waarin het logische model voor de doelbepaling is opgeslagen.
Met behulp van netgebaseerde verbindingen is het mogelijk om een schema te ontwerpen zonder direct de indeling en volgorde van de verbindingen te moeten definiƫren. Daarbij onthoudt EPLAN het verloop van de verbindingen, onafhankelijk van de grafische weergave in het schema.
Het volgende is mogelijk:
- Binnen een project kunnen de werkwijzen met doelbepaling en met netgebaseerde verbindingen door elkaar worden gebruikt.
- Ook in een net kunnen verbindingen met doelbepaling en netgebaseerde verbindingen door elkaar worden gebruikt.
- Verbindingssymbolen worden bij netgebaseerde verbindingen altijd als verbindingspunten getekend.
- Netgebaseerde verbindingen worden via een netdefinitiepunt gedefinieerd. Bij het netdefinitiepunt wordt opgeslagen welke aansluitingen van het net met elkaar zijn verbonden.
- De verbindingen en hun volgorde kunnen naderhand worden bewerkt zonder dat de tekening moet worden gewijzigd.
- Netgebaseerde verbindingen kunnen net als gewone verbindingen via de verbindingsnummering automatisch worden gecodeerd.
- Via afbreekpunten kunnen netgebaseerde verbindingen ook op andere pagina's worden voortgezet.
- De verbindingseigenschappen van netgebaseerde verbindingen kunnen ook met behulp van "externe bewerking" worden gewijzigd. De verbinding zelf kan via de "externe bewerking" niet worden gewijzigd.
- Kabeldefinitielijnen kunnen niet voor netgebaseerde verbindingen worden gebruikt. De verbindingen onder een kabeldefinitielijn worden in een net met netgebaseerde verbindingen niet als kabelverbinding herkend.
Zie ook