Met blokeigenschappen kunnen formaatgegevens van meerdere eigenschappen in één eigenschap worden beheerd. Bij elke Blokeigenschap [n] hoort een eigenschap Blokeigenschap: Formaat [n]. Bij Blokeigenschap [1] hoort bijvoorbeeld de eigenschap Blokeigenschap: Formaat [1]. In de eigenschap Blokeigenschap: Formaat [1] definieert u de formaatgegevens van meerdere eigenschappen. In Blokeigenschap [1] worden op basis van deze formaatgegevens de concrete waarden weergegeven.
Voorwaarden:
- U hebt een project geopend dat pre-planning gegevens bevat.
- U hebt een pagina in de grafische editor geopend.
- U hebt de eigenschap Blokeigenschap Formaat [1] nog niet gedefinieerd.
- Selecteer een PLT-systeem of PLT-systeemfunctie.
- Kies de volgende menuopdrachten: Bewerken > Eigenschappen
- Kies in het dialoogvenster Eigenschappen <...>: PLT-systeem of Eigenschappen <...>: PLT-systeemfunctie het tabblad <PLT-systeem> / <PLT-systeemfunctie>.
- Klik boven de tabel Eigenschappen op (Nieuw).
- Selecteer in het dialoogvenster Eigenschapselectie de eigenschap Blokeigenschap: Formaat [1] en klik op [OK].
De eigenschap wordt in de kolom Eigenschapsnaam weergegeven. - Klik daarnaast in de kolom Waarde en vervolgens op [...].
- Selecteer in het dialoogvenster Formaat in het veld Beschikbare formaatelementen de eigenschap PLT-systeem of PLT-systeemfunctie en klik op (Naar rechts verplaatsen).
In het dialoogvenster Formaat: Blokeigenschap worden alle eigenschappen weergegeven die voor PLT-systemen of PLT-systeemfuncties beschikbaar zijn. - Selecteer in de lijst onder het veld Categorie een invoer.
- Om voor de tekst van de eigenschap de veldbreedte (aantal posities) en de opvultekens voor lege plaatsen te definiëren, voert in de velden Minimum veldbreedte en Opvulteken de gewenste waarden in.
- Om aan te geven wanneer de eigenschap wordt verborgen, definieert u hiervoor de voorwaarden in het groepsveld Eigenschap verbergen als.
- Klik op [OK].
De formaatgegevens van de eigenschap worden in het veld Geselecteerde formaatelementen weergegeven. - Definieer de overige formaatgegevens op dezelfde wijze.
- Als u het formaat van de blokeigenschap hebt gedefinieerd, klikt u in het dialoogvenster Formaat op [OK].
De formaatgegevens van de eigenschap Blokeigenschap: Formaat [1] worden in de kolom Waarde weergegeven. - Klik op (Nieuw).
- Selecteer in het dialoogvenster Eigenschapselectie in de groep Blokeigenschap de eigenschap Blokeigenschap [1] en klik op [OK].
Naast Blokeigenschap [1] worden de concrete waarden van de eigenschap weergegeven. Als de eigenschap niet wordt geactualiseerd, moet het dialoogvenster worden gesloten en opnieuw worden geopend.
Zie ook