Het verloop van curven kan handmatig worden gewijzigd door steunpunten te verplaatsen.
- Kies de menuopdrachten Bewerken > Grafisch > Curveverloop wijzigen.
In der statusbalk verschijnt de vraag "Vrij gerouteerde verbinding of curve selecteren". - Selecteer een curve in de layoutruimte of in de layoutruimte-navigator.
In de statusbalk verschijnt de vraag "Steunpunt van de curve selecteren".
De bestaande steunpunten worden als blauwe blokjes op het curveverloop weergegeven. - Beweeg de cursor in de buurt van een steunpunt.
Bij het steunpunt wordt een coördinatensysteem met X-, Y- en Z-richtingspijlen weergegeven. - Plaats de cursor op een van de drie richtingspijlen.
De richtingspijl waar de cursor op staat, wordt groen. - Klik op de groene richtingspijl en verplaats het steunpunt in de door de pijl aangegeven richting.
Het curveverloop wijzigt overeenkomstig de verplaatsing van het steunpunt. - Wanneer u het steunpunt in een andere richting wilt verplaatsen, selecteert u in hetzelfde coördinatensysteem een andere richtingspijl.
- Plaats het steunpunt door op de gewenste plaats te klikken.
Het curveverloop wordt in de gewijzigde toestand weergegeven.
U kunt vervolgens nog meer steunpunten wijzigen.
Zie ook