De handle wordt gebruikt voor het plaatsen van een 3D-macro. Naast de handles die bij 3D-objecten automatisch worden gegenereerd, heeft de macro een gebruikergedefinieerde handle. Als de component in het project wordt geplaatst, kan deze handle in de plaatsingsopties in het veld Handle onder de naam "Grafische macro" worden geselecteerd.
Voorwaarden:
- U hebt een project geopend.
- De layoutruimte-navigator is geopend en er is een layoutruimte geopend.
- De layoutruimte bevat geïmporteerde 3D-objecten die als macro moeten worden opgeslagen.
- De objectsnap is ingeschakeld.
- Kies de menuopdrachten Bewerken > Onderdelenlogica > Handle.
- Beweeg de cursor over de 3D-geometrie.
De 3D-snappunten van het object worden weergegeven. Dit zijn eind- of middelpunten van een kant (lijn) of de hoekpunten van een blokje dat het object omgeeft. - Klik op het gewenste punt.
De handle wordt door een oranje blokje gemarkeerd. - Om de handle naar een andere plek te verplaatsen, voert u de stappen 1 t/m 3 opnieuw uit.
- Om de uitgebreide handle-logica te definiëren, dient u de eigenschappen van de handle te bewerken.
Tip:
In de functionaliteit Bewerken > Venster- / symboolmacro maken kunt u de handle wijzigen in het dialoogvenster Opslaan als, knop [Extra], door middel van de menuopdracht Handle definiëren.
Zie ook