Deze functionaliteit is alleen in bepaalde modulepakketten beschikbaar. Info / Copyright

Dialoogvenster Instellingen: Uitvoer naar pagina's

In dit dialoogvenster definieert u de instellingen voor de uitvoer van verwerkingen naar pagina's.

Overzicht van de belangrijkste dialoogvensterelementen:

Werkbalk:

Via de werkbalk kunt u de volgorde van de verwerkingstypen in de kolom Verwerkingstype wijzigen. Als u meerdere verwerkingen gezamenlijk actualiseert, is deze volgorde van invloed op de volgorde waarin de verwerkingen worden gegenereerd. Als u verwerkingen uit meerdere verwerkingssjablonen genereert, kan deze volgorde ook van invloed zijn op de volgorde van de verwerkingspagina's in de pagina-navigator. Dit is het geval wanneer beide verwerkingssjablonen dezelfde startpagina hebben of als de eerste gegenereerde verwerking uit meerdere pagina's bestaat zodat er al paginanamen zijn toegekend.

Opmerking:

Als de verwerkingsvolgorde van de verwerkingstypen "Klemmenstrookoverzicht", "Stekeroverzicht" en / of "Kabeloverzicht" moet worden gewijzigd, moet u er beslist voor zorgen dat de startpagina's voor de betreffende verwerkingssjablonen (eigenschap Startpagina van het verwerkingsblok) correct zijn ingesteld zodat ze kunnen worden ingesorteerd! (U kunt ook het selectievakje Subpagina voor de betreffende verwerkingstypen uitschakelen.)

Verwerkingstype:

In deze kolom worden alle verwerkingstypen weergegeven die in EPLAN beschikbaar zijn. Er zijn verwerkingstypen voor verwerkingsoverzichten en verwerkingstypen voor functiegerichte verwerkingen. Met de pijlknoppen op de werkbalk kunt u de volgorde van de verwerkingstypen wijzigen.

Opmerking:

Houd er rekening mee dat het verwerkingstype "Inhoudsopgave" altijd als laatste wordt uitgevoerd! Als bepaalde verwerkingen niet in de inhoudsopgave moeten worden opgenomen, moet u een filter instellen om deze verwerkingen uit te sluiten.

Formulier:

Om aan het geselecteerde verwerkingstype een (ander) formulier toe te wijzen, opent u de vervolgkeuzelijst in deze kolom en klikt u op "Bladeren". In het dialoogvenster Formulier selecteren is standaard de directory ingesteld die in de instellingen als formulierdirectory is ingevoerd. In het veld Bestandstype wordt automatisch het formuliertype weergegeven dat bij het verwerkingstype past. Selecteer het gewenste formulier en klik op [Openen].

Paginasortering:

In deze kolom definieert u, afhankelijk van het verwerkingstype, de paginasortering voor verwerkingen. De paginasortering geeft aan voor welke structuurcodeniveaus van de paginastructuur bij het verwerken verwerkingsblokken worden gegenereerd. Ook kan voor elke uitvoergroep een verwerkingsblok worden gegenereerd. Klik in een veld op [...]. Definieer in het vervolgvenster de gewenste codeblokken of de schemasymbooleigenschap Uitvoergroep. De geselecteerde codeblokken of de schemasymbooleigenschap worden in de kolom Paginasortering ingevoegd. Voor elk structuurcodeniveau van een geselecteerd codeblok of voor elke uitvoergroep wordt een eigen verwerkingsblok gegenereerd.

Opmerking:

Welke typen paginasortering beschikbaar zijn, hangt af van het verwerkingstype. Voor het verwerkingstype "Formulierdocumentatie" is bijvoorbeeld uitsluitend de paginasortering "Totaal" beschikbaar.

Deeluitvoer:

Selecteer in deze vervolgkeuzelijst het formulier voor de deeluitvoer. Deze instelling is alleen voor bepaalde verwerkingstypen beschikbaar, zoals de inhoudsopgave, het kabeloverzicht etc. Als u een formulier voor de deeluitvoer hebt geselecteerd, wordt een algemene (totale) uitvoer gegenereerd met het formulier dat in het veld Formulier is gedefinieerd, en (bijvoorbeeld) een groepsgerichte uitvoer met het formulier dat hier is geselecteerd.

Combineren:

Deze functionaliteit geldt voor dynamische formulieren. Als het selectievakje is ingeschakeld, worden verwerkingen van meerdere functies op één verwerkingspagina gecombineerd.

Min. aantal verwerkingsregels:

Voor formulieren waarbij het selectievakje Combineren beschikbaar is, definieert u met deze waarde hoeveel verwerkingsregels van een functie minimaal op een verwerkingspagina worden weergegeven. Deze instelling bepaalt op welke plaats het pagina-einde wordt ingevoegd.

Subpagina:

Subpagina's zijn pagina's waarvoor in de pagina-navigator een extra structuurniveau wordt gegenereerd. Dergelijke pagina's hebben in de paginanaam bijvoorbeeld het formaat 1.1, 1.a, of 1.A. Als het selectievakje is ingeschakeld en bijvoorbeeld in de kolom Tekens de optie "Numeriek" is geselecteerd, worden voor verwerkingsblokken hoofd- en subpagina's gegenereerd.

Als een verwerking uit een verwerkingsblok bestaat, bijvoorbeeld een artikellijst, begint de eerste pagina van het verwerkingsblok op een hoofdpagina en worden alle overige pagina's op subpagina's uitgevoerd. Als een verwerking uit meerdere verwerkingsblokken bestaat, bijvoorbeeld een klemmenaansluitlijst, waarbij per klemmenstrook een verwerkingsblok wordt gegenereerd, begint elke eerste pagina van een verwerkingsblok op een hoofdpagina. Alle overige pagina's van een verwerkingsblok worden op subpagina's uitgevoerd.

Als een verwerkingsblok slechts één pagina heeft, wordt er geen subpagina gegenereerd. In samenhang met de kolom Tekens kunt u ook aangeven dat elke eerste pagina van een verwerkingsblok direct op een subpagina begint. Als het selectievakje is uitgeschakeld, worden er geen subpagina's gegenereerd.

Opmerking:

Voor gecombineerde verwerkingen met subpagina's wordt slechts één verwerkingsblok gegenereerd die alle pagina's bevat.

Tekens:

Als u het selectievakje Subpagina hebt ingeschakeld, definieert u in deze kolom hoe de subpagina's binnen de paginanaam worden weergegeven. Daarbij worden de subpagina en de invoer voor de hoofdpagina door een punt gescheiden. Ook definieert u of de startpagina van de verwerking direct op een subpagina begint.

Lege pagina's:

De waarde in deze kolom geeft het aantal lege pagina's aan tussen de laatst gebruikte projectpagina en de nieuwe verwerkingspagina.

Afronden:

Samen met de waarde voor het veld Lege pagina's bepaalt deze instelling op welk veelvoud van de pagina moet worden afgerond.

Structuurcode verbergen indien identiek:

Met deze instelling kunt u de weergave van de ODC in verwerkingspagina's verkorten.

Synchroniseren:

Als dit selectievakje is ingeschakeld, wordt het betreffende formulier bij het openen van het project automatisch gesynchroniseerd met de stamgegevenspool, indien in het dialoogvenster Instellingen: Algemeen (onder de menuopdrachten Opties > Instellingen > Projecten > "Projectnaam" > Beheer > Algemeen) het selectievakje Projectstamgegevens bij het openen synchroniseren is ingeschakeld.

Zie ook