Oorzaak
In een macroproject komt binnen een macro een functie voor met een geneste onderdeelcode (bijvoorbeeld "-A1-B1"). Deze functie beschikt weliswaar over een ODC-ID, maar in de macro ontbreekt een functie die dezelfde bovenliggende onderdeelcode heeft (in het voorbeeld "-A1"), of deze functie bestaat wel maar heeft geen ODC-ID.
Oplossing
Mogelijkheid 1
- Als er een functie in de macro voorkomt die de bovenliggende onderdeelcode heeft, voert u daar de passende ODC-ID in.
Mogelijkheid 2
- Teken een apparaatkast om de functies waarvan de weergegeven onderdeelcodes genest zijn.
- Wijs aan deze apparaatkast de buitenste component van de geneste onderdeelcode toe.
- Verwijder bij de functies die nu binnen de apparaatkast liggen, de buitenste (voorste) component van de geneste onderdeelcode. (De buitenste onderdeelcode wordt nu van de apparaatkast "geërfd".)
- Voer vervolgens bij de nieuwe getekende apparaatkast de ODC-ID in.
Mogelijkheid 3
- Teken een apparaatkast naast de componenten.
- Wijs aan deze apparaatkast de buitenste (voorste) component van de geneste onderdeelcode toe.
- Voer vervolgens bij alle functies de buitenste ODC-ID in.
Start vervolgens een nieuwe controleprocedure.