Tot dusver kon de grootte van geblokkeerde vlakken voor boren, geblokkeerde vlakken voor plaatsen, bedradingsdoorvoeren en routeringsbereiken alleen worden gewijzigd door ze te verwijderen en opnieuw te plaatsen. Nu kan de grootte bij de geplaatste objecten op de volgende wijze worden gewijzigd:
- Wijzigen van de formaateigenschappen in het eigenschappendialoogvenster: voer op het tabblad Formaat van het eigenschappendialoogvenster gewijzigde waarden voor de velden Breedte en Hoogte in. De wijziging wordt ten opzichte van het hoekpunt linksonder doorgevoerd.
- Grafische wijziging - bij geblokkeerde vlakken en bedradingsdoorvoeren: selecteer het object. Bij de hoekpunten en in het midden van de zijlijnen verschijnen net als bij 2D-rechthoeken richtingspijlen, waarmee u het object in de aangegeven richting uit of naar elkaar kunt trekken. Tijdens het bewegen langs de richtingspijl, worden bij naburige 3D-objecten snappunten weergegeven die u voor de nauwkeurige positionering kunt gebruiken.
- Grafische wijziging - alleen bij routeringsbereiken: kies de menuopdrachten Bewerken > Grafisch > Lengte wijzigen en klik op het te wijzigen object. Bij de vier hoekpunten van het voorste vlak verschijnt een 3D-coƶrdinatensysteem zodra de cursor hier boven staat. Kies de afmeting die moet worden gewijzigd door te klikken op de gewenste as. De geselecteerde as wordt groen weergegeven.
Nadat u de wijzigingsrichting hebt gedefinieerd, sleept u het 3D-object in de gewenste richting uit elkaar. Voor het definiƫren van de nieuwe grootte zijn er verschillende mogelijkheden, zoals het klikken met de muis, het gebruik van snappunten, projectiepunten, rasterpunten etc.
Voordeel:
U kunt de groottes bij geblokkeerde vlakken, bedradingsdoorvoeren en routeringsbereiken direct bij de geplaatste objecten wijzigen. U hoeft ze dus niet langer omslachtig te verwijderen en opnieuw te plaatsen.
Zie ook
Geblokkeerde vlakken voor plaatsen intekenen en wijzigen
Geblokkeerde vlakken voor boren intekenen en wijzigen