Deze functionaliteit is alleen in bepaalde modulepakketten beschikbaar. Info / Copyright

Aansluitingspecifieke verwerkingen van klemmen

In aansluitingspecifieke verwerkingen van klemmen wordt bij de klemmendoelen aangegeven op welke klemmenaansluiting deze zijn aangesloten. Hiertoe zijn voor klemmenaansluitlijsten en klemmenaansluitschema's de tijdelijke aanduiding-elementen Klemmenaansluiting intern en Klemmenaansluiting extern beschikbaar waarmee de betreffende aansluitcodes worden uitgevoerd.

Via de formuliereigenschap Aansluitingspecifieke uitvoer kan worden gedefinieerd dat klemmen aansluitingspecifiek worden verwerkt. Als deze eigenschap is ingeschakeld, wordt in klemmenaansluitlijsten en klemmenaansluitschema's voor elk aansluitpaar (extern / intern) een rij gegenereerd. Klemmen met meer dan twee aansluitingen worden daarbij automatisch over meerdere rijen verdeeld. Aansluitingen zonder doelen worden niet uitgevoerd.

Uit de aansluitlogica van de klem wordt afgeleid welke aansluiting extern of intern is, en daarmee ook waar deze op de verwerkingspagina wordt uitgevoerd. Standaard beschouwt EPLAN de componenten die onder de klem in het schemapad liggen als externe doelen, en componenten die boven de klem in het schemapad liggen als interne doelen. Van een klem met vier aansluitingen kunnen bijvoorbeeld één aansluiting intern en drie aansluitingen extern worden uitgevoerd. Verder worden ook niet-aangesloten klemmenaansluitingen uitgevoerd. Bovendien worden bruggen tussen een interne en een externe aansluiting niet als bruggen verwerkt en weergegeven.

Als de formuliereigenschap Aansluitingspecifieke uitvoer is uitgeschakeld, worden klemmen doelspecifiek verwerkt. In doelspecifieke verwerkingen worden de externe en interne doelen van de klem uitgevoerd. Bij elk doel kan via de tijdelijke aanduiding-elementen Klemmenaansluiting intern en Klemmenaansluiting extern worden aangegeven op welke aansluiting van de klem het doel is aangesloten.

Opmerking:

Ook als de formuliereigenschap Aansluitingspecifieke uitvoer is uitgeschakeld, worden bruggen tussen een interne en een externe aansluiting niet als bruggen verwerkt en weergegeven zodra een van de volgende tijdelijke aansluiting-elementen in het formulier wordt gebruikt:

Tip:

Via Beeld > Externe doelen worden de gedefinieerde externe doelen in de grafische editor door kleine pijlen weergegeven. Dit vereenvoudigt de doeltracering bij klemmen.

Uitvoer van vaste bruggen

Voor klemmen worden in aansluitingspecifieke verwerkingen alleen aansluitingen uitgevoerd die geen vaste brug-aansluiting zijn. De bestaande vaste bruggen worden bij deze aansluitingen mee uitgevoerd. Vaste bruggen kunnen daarom alleen worden uitgevoerd, wanneer aan dezelfde zijde van de klem (intern / extern) ook minimaal een aansluiting wordt uitgevoerd die geen vaste brug-aansluiting is. Vaste bruggen die een interne met een externe aansluiting verbinden, worden niet in aansluitingspecifieke verwerkingen uitgevoerd.

Handmatige vaste bruggen worden van de laatste naar de voorlaatste aansluiting van de klem aangebracht. Wanneer alle aansluitingen die geen vaste brug-aansluiting zijn zich aan dezelfde zijde van de klem bevinden (bijv. extern), is er bij deze klem geen interne zijde en dus geen mogelijkheid om daar een interne vaste brug-aansluiting uit te voeren. Dit betekent:

In doelspecifieke verwerkingen worden alle vaste bruggen uitgevoerd.

Uitvoer van directe aansluitingen

Klemmen kunnen directe aansluitingen hebben; daartoe moet in de aansluitlogica het aansluittype "Directe aansluiting" zijn ingesteld. Dergelijke directe aansluitingen worden als normale klemmenaansluitingen verwerkt en de aansluitcodes worden in aansluitingspecifieke verwerkingen (bijvoorbeeld in de klemmenaansluitlijst) uitgevoerd.

Uitzondering: voor functiedefinities met railcontacten zoals bijvoorbeeld "PE-klem met railcontact, 2 aansluitingen" worden de directe aansluitingen (dus de railcontacten) niet uitgevoerd.

Zie ook