Om ervoor te zorgen dat bij de import van onderdelen hoofdfuncties kunnen worden gegenereerd, moet aan een bijbehorend gegevensveld in de gegevensbron de eigenschap ODC (volledig) (ID 20006) zijn toegekend.

De functiedefinitie van de te genereren hoofdfunctie definieert u bij de import via de toekenning van een artikel. Daartoe moet u aan een ander gegevensveld van de gegevensbron de eigenschap Artikelnummer [x] (ID 20100 x) toekennen. (De "x" na het eigenschapsnummer staat hier voor de index.)

Daarbij wordt voor het bepalen van de hoofdfunctie de eerste bij het artikel opgeslagen functiesjabloon gebruikt. Als er geen functiesjabloon is opgeslagen of als de projectinstelling Bij het genereren van apparaten rekening houden met de macro is ingeschakeld (onder de menuopdrachten Opties > Instellingen > Projecten > "Projectnaam" > Onderdelen > Algemeen), wordt de hoofdfunctie via de bij het artikel opgeslagen macro bepaald.

Als er bij de import geen passend artikel in de artikeldatabank wordt gevonden of als er uit het artikel vanwege een ontbrekende sjabloon / macro geen passende hoofdfunctie kan worden bepaald, kan een functiedefinitie ook direct worden toegekend. Dit kan bijvoorbeeld via de toekenning van een gegevensveld bij de eigenschap Functiedefinitie (ID 20026) gebeuren.

Klemmen en stekers worden bij dezelfde ODC aan de hand van de eigenschap Klemmen- / stekercontactcode (ID 20030) onderscheiden. Voor de import van deze functies moet daarom behalve de eigenschap ODC (volledig) (ID 20006) ook de eigenschap Klemmen- / stekercontactcode (ID 20030) aan een gegevensveld worden toegekend.

Als aan klemmen en stekers via de eigenschap Artikelnummer [x] (ID 20100 x) artikelen uit het artikelbeheer zijn toegekend, worden de functiedefinities net als bij onderdelen uit de artikelgegevens bepaald. Klemmen met artikelgegevens worden bij de import als hoofdklemmen gegenereerd.

Bij de import van etageklemmen hebt u de mogelijkheid om via een veldtoekenning met de eigenschap Etage (ID 20034) de etage aan te geven. In dat geval herkent de import dan ook zonder artikelgegevens dat het om een klem gaat. Er worden nevenklemmen voor etageklemmen gegenereerd wanneer er in de gegevensbron voor deze klemmen waarden voor de etage maar geen artikelnummers voorkomen.

Om ervoor te zorgen dat bij de import van verbindingsgegevens niet-gerouteerde routeringsverbindingen worden gegenereerd, moeten zowel de bron als het doel van de verbinding als 3D-artikelplaatsing in het project voorkomen. In de veldtoekenning van deze import moeten daarom minimaal de volgende eigenschappen voorkomen:

• Bron (ID 31019)
• Doel (ID 310209).

Wanneer daarnaast nog de eigenschap ODC (volledig) (ID 20006) is toegekend, genereert de import automatisch een kabelverbinding.

De ontstane niet-gerouteerde routerings- en kabelverbindingen krijgen standaard de functiedefinitie "Ader / draad". Via een andere veldtoekenning (bijvoorbeeld met de eigenschap Functiedefinitie (ID 20026) kan deze functiedefinitie worden gewijzigd.

Vaak komen artikelnummers die in de externe bron aan onderdelen en verbindingen zijn toegewezen niet voor in de EPLAN-artikeldatabank. Om in een dergelijk geval toch artikelen te kunnen toewijzen, kunnen voor het toewijzen andere eigenschappen worden gebruikt die met elkaar overeenstemmen. Naast het artikelnummer kunnen ook de volgende eigenschappen worden toegekend:

• Onderdelen importeren: Bestelnummer (ID 20919) en / of Typecode van het artikel (ID 20200)
• Routeringsverbindingen importeren: Verbindingskleur / -nummer (ID 31004) en / of Verbindingsdoorsnede / -diameter: (ID 31002)

Voor deze eigenschappen moeten in de externe gegevensbron dergelijke gegevensvelden voorkomen, waaraan vervolgens de corresponderende EPLAN-eigenschappen worden toegekend.