Voorwaarde:
U hebt een project geopend en u bevindt zich op een schemapagina in de grafische editor.
- Kies de menuopdrachten Invoegen > Kast / aansluiting / montageplaat > Apparaataansluiting of Invoegen > Kast / aansluiting / montageplaat > Apparaataansluiting (tweezijdig).
Het symbool voor de apparaataansluiting 'hangt' aan de cursor. - Gebruik indien nodig de toets [Ctrl] om door de beschikbare varianten van de aansluiting te bladeren.
- Klik op de linkermuisknop om het symbool op de pagina te plaatsen.
- Definieer de gegevens van de apparaataansluiting in het dialoogvenster Eigenschappen <...>.
- Klik op [OK].
De aansluitingen worden inclusief ODC en aansluitcode op de pagina ingevoegd.
Opmerking:
Tweezijdige apparaataansluitingen hebben slechts één gemeenschappelijke aansluitcode (zoals de klemmencode bij klemmen). Ze worden weergegeven door een symbool, waaraan de interne en externe zijde kan worden onderscheiden. Dienovereenkomstig heeft het symbool vier varianten. De bijbehorende functiedefinitie heeft de volgende eigenschappen (dialoogvenster Aansluitlogica):
Potentiaal doorvoeren naar: invoer
Doeltracering (PLC) naar: geen invoer
Een directe aansluiting voor elke interne en een algemene aansluiting voor de externe zijde.
Bij het bewerken van apparaataansluitingen moet rekening worden gehouden met het volgende:
- Voor apparaataansluitingen met slechts één aansluiting kunnen geen relaties met andere apparaataansluitingen worden aangegeven. Daarom worden de velden voor het definiëren van de eigenschap Aansluitlogica grijs weergegeven.
- Apparaataansluitingen die binnen een kast liggen en die geen eigen ODC hebben, zijn altijd nevenfuncties. Bij deze aansluitingen worden nooit kruisverwijzingen weergegeven, omdat hier de kruisverwijzing naar de kast voldoende is.
- Apparaataansluitingen die niet binnen een kast liggen, worden kruisverwezen. De hoofdfunctie kan daarbij zowel een apparaataansluiting als een kast zijn.
Zie ook