U hebt een project geopend. Projectgegevens > Topologie > Navigator.
In dit dialoogvenster worden de in het project gedefinieerde routeringspadnetwerken beheerd en bewerkt.
Overzicht van de belangrijkste dialoogvensterelementen:
In de boomweergave en in de lijstweergave worden de onderdelen van de routeringspadnetwerken - routeringspaden, routeringspunten en doelen - met hun volledige coderingstructuur weergegeven. Als doelen worden alleen topologie-functies weergegeven, niet de volledige onderdelen.
In de lijstweergave kunnen bovendien nog meer eigenschappen worden weergegeven, die voor routeringspadnetwerken en onderdelen mogelijk zijn.
In de boomweergave van de topologie-navigator worden o.a. de volgende pictogrammen weergegeven:
In deze vervolgkeuzelijst worden alle beschikbare filters weergegeven. Een geselecteerd filter is automatisch geactiveerd en wordt zowel voor de boomweergave als voor de lijstweergave gebruikt. De invoer "- Niet geactiveerd -" schakelt het filter uit zodat de gegevens ongefilterd worden weergegeven. Met [...] opent u het dialoogvenster Filter. Hier kunt u filters maken, bewerken, verwijderen, kopiëren, exporteren, importeren en beheren.
Het snelmenu van de vervolgkeuzelijst Filter bevat de volgende invoeren:
Uitschakelen: deze snelmenuopdracht is beschikbaar wanneer er een filter is ingesteld: zet de filterinstelling op de invoer "- Niet geactiveerd -" terug.
<Filternaam> inschakelen: deze snelmenuopdracht is beschikbaar wanneer de filterinstelling op "- Niet geactiveerd -" is ingesteld: schakelt het laatst actieve filter opnieuw in.
Op deze manier kunt u snel tussen de ongefilterde en een door u gewenste gefilterde weergave schakelen.
Voor de afzonderlijke weergave van routeringspaden, routeringspunten of doelen zijn er voorgedefinieerde filters beschikbaar.
Waarde: <Eigenschap>:
In dit veld kunt u door middel van de zogeheten snelinvoer voor een gedefinieerd en geactiveerd filter de waarde van een filtercriterium snel aanpassen.