Dialoogvenster openen: - Opties > Instellingen > Bedrijf > Grafische bewerking > Lettertypen.
- U hebt een project geopend. Opties > Instellingen > Projecten > "Projectnaam" > Grafische bewerking > Lettertypen.
In dit dialoogvenster definieert u de lettertypen die voor de bewerking in EPLAN kunnen worden gebruikt. De lettertypen die in de projectinstellingen zijn gedefinieerd hebben voorrang op de lettertypen die in de bedrijfsinstellingen zijn gedefinieerd.
Als in de projectinstellingen een lettertype is ingevoerd dat niet op de computer voorkomt, wordt het betreffende lettertype uit de bedrijfsinstellingen gebruikt. Bij kopieeracties (zoals Macro invoegen) worden de instellingen van het doelproject gebruikt.
Het dialoogvenster bevat de volgende opties:
Lettertype 1 t/m lettertype 10:
In deze 10 velden selecteert u steeds een lettertype uit de vervolgkeuzelijst. Alle lettertypen die op uw PC zijn geïnstalleerd, worden aangeboden.
Opmerking:
Houd er rekening mee dat de hier gekozen lettertypen op elke PC moeten zijn geïnstalleerd waarop deze lettertypen later moeten worden gebruikt.
Hier wordt een voorbeeld van het geselecteerde lettertype weergegeven.
Zie ook