In EPLAN worden elementen in het schema aan bepaalde layers toegekend. Met het layerbeheer is het volgende mogelijk:
- U kunt met layers de zichtbaarheid bij het afdrukken en in de grafische editor beïnvloeden, evenals de eigenschappen voor de weergave van de toegekende elementen zoals lijndikte, lijntype, kleur, tekengrootte etc.
- U kunt bepaalde informatie bij het afdrukken of bij de uitvoer naar het beeldscherm wel of niet weergeven.
- U kunt layers gebruiken om informatie in het schema in te voeren (bijvoorbeeld opmerkingen over de installatietoestand) die niet moet worden weergegeven of afgedrukt.
- U kunt bepaalde elementen in een schema weergeven of verbergen, bijvoorbeeld kabeldefinitielijnen, klemmenstrookteksten, hulplijnen uit de mechanische constructie etc. Via het layerbeheer kunt u deze verborgen informatie eenvoudig weer zichtbaar maken en bewerken.
Zie ook