Deze functionaliteit is alleen in bepaalde modulepakketten beschikbaar. Info / Copyright

NC-export: Principe

Bij iedere NC-export wordt er gewoonlijk rekening gehouden met de geselecteerde componenten. Deze kunnen worden geselecteerd in de layoutruimte of de layoutruimte-navigator. Tijdens deze stap worden bij een geselecteerd object altijd alle hiërarchisch lagere objecten automatisch geselecteerd en zodoende ook geëxporteerd.

Alleen de geselecteerde NC-relevante componenten worden geëxporteerd. Als er in de layoutruimte-navigator alleen afzonderlijke montageoppervlakken worden geselecteerd, wordt altijd de component geëxporteerd waar deze bij horen.

De selectie van de te exporteren objecten kan automatisch worden toegepast op het gehele project.

NC-relevantie van componenten

Er worden niet op elk montageoppervlak mechanische bewerkingen verricht. Een draadkoker met een boorpatroon genereert op een montageplaat gewoonlijk mechanische bewerkingen. Als diezelfde draadkoker bijvoorbeeld op een chassis wordt geplaatst, ontstaan er geen gaten.

Of er al of niet gaten ontstaan, wordt niet bepaald door de te bevestigen component (bijvoorbeeld de draadkoker), maar met name door de component (en dus het montageoppervlak) waarop de component wordt geplaatst.

Iedere 3D-artikelplaatsing krijgt daarom de eigenschap Mechanische bewerking. De gebruiker kan deze eigenschap handmatig wijzigen.

Bij de volgende functiedefinities wordt de eigenschap Mechanische bewerking ingeschakeld:

Bij alle andere functiedefinities wordt de eigenschap standaard uitgeschakeld.

Veld voor NC-bewerking

Een veld is in de NC-export een (deel)oppervlak dat door de NC-machine wordt bewerkt. Iedere component met NC-relevantie (dus met ingeschakelde eigenschap Mechanische bewerking) wordt bij het exporteren naar een NC-machine of bij het genereren van een boorsjabloon als veld beschouwd. Dat geldt uiteraard alleen als de component deel uitmaakt van de selectie voor de export en alleen als dat veld in het project gebruikt is en er daardoor mechanische bewerkingen worden verricht.

Veldgrootte in 3D-macro's

Bij het genereren van 3D-macro's met NC-relevante oppervlakken moet er behalve het montageoppervlak ook een veldgrootte worden gedefinieerd, die gewoonlijk overeenkomt met de omsluitende rechthoek van het montageoppervlak. NC-relevante oppervlakken zonder veldgrootte worden niet geëxporteerd. Door middel van een controleprocedure (P026030) wordt gecontroleerd of alle NC-relevante montageoppervlakken een gedefinieerde veldgrootte hebben.

Bevestigingscontrole

Met de bevestigingscontrole wordt gecontroleerd of alle componenten die op NC-relevante oppervlakken zijn geplaatst een boorpatroon hebben. Dit wordt met een controleprocedure gecontroleerd. Als er een artikelplaatsing op een NC-relevant montageoppervlak is geplaatst en er geen geldig boorpatroon is toegekend, wordt er een controleproceduremelding uitgevoerd.

Bijzonderheden bij de NC-export voor de machines Steinhauer en Rittal - Perforex BC / Secarex

Opmerking:

Om te voorkomen dat de contour bij het aanlopen van het freesgereedschap niet correct wordt uitgevoerd, gelden voor contouren met geringe hoogte de volgende voorwaarden: