Deze functionaliteit is alleen in bepaalde modulepakketten beschikbaar. Info / Copyright

Deelprojecten: Werkwijze

Om projecten in deelprojecten op te delen, wordt gebruik gemaakt van bewerkingsbereiken. Voordat u voor een project deelprojecten kunt genereren, moet u of de beheerder eerst met behulp van het dialoogvenster Bewerkingsbereiken als projectbeheerder definiëren de gewenste bewerkingsbereiken definiëren. De bereiken die hier worden gedefinieerd, geven de mogelijke deelprojecten weer. Vervolgens moet u met de menuopdrachten Project > Bewerkingsbereiken > Geselecteerd bewerkingsbereik activeren een geselecteerd bewerkingsbereik activeren.

Om deelprojecten te kunnen genereren, mogen bewerkingsbereiken elkaar niet overlappen. "Overlappen" betekent dat bepaalde objecten (bijvoorbeeld pagina's, layoutruimtes of pre-planning segmenten) in meerdere bewerkingsbereiken voorkomen. Objecten die in meerdere bewerkingsbereiken voorkomen, kunnen anders bij het opslaan (laden) van projecten tot problemen leiden.
Of de bewerkingsbereiken eenduidig van elkaar gescheiden zijn of dat ze elkaar overlappen, wordt in het dialoogvenster Bewerkingsbereiken als projectbeheerder definiëren in de kolom Status via een pictogram aangegeven.

Opmerkingen:

Verdere opdeling van deelprojecten

Een deelproject kan in verdere deelprojecten worden opgedeeld. Daarvoor moet u ook voor het deelproject bewerkingsbereiken definiëren en een bewerkingsbereik activeren.

In een deelproject zijn de bewerkingsbereiken naar de oorspronkelijke status teruggezet. Dat betekent dat u voor de verdere opdeling van een deelproject nieuwe bewerkingsbereiken moet definiëren. Bij een dergelijk "subdeelproject" wordt het deelprojectnummer (bijvoorbeeld 002) gescheiden door een onderstreep en aangevuld met nullen toegevoegd (bijvoorbeeld ESS_Sample_Project#003#002).

Kruisverwijzingen in het originele project

In een deelproject worden kruisverwijzingen naar tegenpolen die zich in het originele project bevinden, opgeslagen in de eigenschap Kruisverwijzing (extern). Nadat een deelproject veilig is opgeslagen, wordt deze eigenschap bij de betreffende objecten met kruisverwijzingen (bijvoorbeeld afbreekpunten, PLC-aansluitingen, spoelen etc.) automatisch op het eerste tabblad in de eigenschappentabel weergegeven.
Voor de weergegeven waarden van deze eigenschap moet u rekening houden met het volgende:

Om de kruisverwijzing naar het originele project te kunnen onderscheiden van andere kruisverwijzingen, kunt u voor deze kruisverwijzing een prefix definiëren; deze prefix kan een willekeurig teken of een tekenreeks zijn. Hiervoor is in de projectspecifieke instellingen voor de kruisverwijzing het invoerveld Prefix voor kruisverwijzing (extern) beschikbaar. (Het menupad voor het instellingsdialoogvenster is: Opties > Instellingen > Projecten > "Projectnaam" > Kruisverwijzingen / contactspiegel > Algemeen.)

Zie ook